zondag 20 mei 2012

Zinloze strijd


Voor het eerst van mijn leven ben ik op bezoek geweest in een gevangenis. Ik mag dan maandenlang in de bajes van Almere gewerkt hebben aan een achtdelige tv-serie, maar als gewone bezoeker van een gedetineerde, dat was een primeur. Het was in de Penitentiaire Inrichting Heerhugowaard, een vriendelijk ogend, in het lommerrijke groen verscholen laagbouwcomplex.  Deze P.I. is een halfopen inrichting, waar gedetineerden zitten die een korte straf hebben gekregen of aan het eind van hun straftijd zijn. Hier word je voorbereid op de terugkeer naar de maatschappij, en je kunt er weekendverlof krijgen.

Ik was op bezoek bij Patrick K., die in Buch in de Bajes ook regelmatig te zien is. Inmiddels is hij dus overgeplaatst van Almere naar Heerhugowaard. Hij is de Koerd die in aflevering 3 aan Menno vertelde over zijn jeugd vol oorlog en geweld. Alles wat hij toen heeft meegemaakt heeft ervoor gezorgd dat, zoals hij zelf zegt, ‘vol woede zit’. Toen Menno hem vroeg waar hij naar toe wil als hij vrijkomt, bedoelde hij of Patrick in Nederland wil blijven of terug wil naar Bulgarije of Dubai, twee landen waar hij langere tijd gewerkt en gewoond heeft. Maar tot zijn verbazing antwoordde Patrick: ‘Naar mijn graf. Ogen dicht en niet meer wakker worden.’
Gisteren herhaalde hij dat nog eens tegenover mij. ‘Niet dat ik zelfmoordneigingen heb, maar de reden dat ik doorga is omdat ik mijn kinderen wil zien opgroeien. Maar voor de rest heeft het leven geen zin voor mij. Om dat gapende gat van zinloosheid te vermijden, zoek ik de spanning op in allerlei activiteiten die ertoe kunnen leiden dat je in de gevangenis terecht komt. Maar ja, dat hoort bij mijn leven.’ Al op zijn zestiende zat hij voor het eerst gevangen, in Irak. Hij heeft me daar nog niet in details over verteld, maar dat moet verschrikkelijk geweest zijn.

IDENTITEITSPROBLEEM
Die details ga ik wel allemaal horen, want ik ga Patrick’s biografie schrijven. Het moet een boek worden dat niet alleen zijn turbulente geschiedenis vertelt – hij vocht in het Koerdische verzet, deserteerde, vluchtte naar Turkije, ging daar als croupier in het casino werken, regelde een vals paspoort en kwam op weg naar Canada in 1991 als 22-jarige in Nederland terecht – maar dat ook een beeld schetst van alle zinloze strijd die er op de wereld wordt gevoerd. Want als zoon van een Joodse vader en een Koerdische moeder is hij de verpersoonlijking van tal van tegenstellingen. Hij is tegen wil en dank verwikkeld in een hele serie conflicten: Joden versus moslims, Koerden versus Perzen, Iraniërs versus Irakezen, Oost versus West en – in Nederland – allochtonen versus autochtonen. En dan natuurlijk crimineel versus justitie. En in een deel van die conflicten is niet eens duidelijk aan welke kant hij staat, ook voor hemzelf niet.  Juist voor hemzelf niet.
Dit heeft ertoe geleid dat hij een groot identiteitsprobleem heeft, omdat hij zich nergens bij voelt horen. Zelfs als Koerd is hij verstoten door de Koerden, omdat hij gedeserteerd is uit het verzetsleger toen hij zich niet meer kon verenigen met de martelingen en het grove geweld waarmee de verzetsstrijd gepaard ging.  Patrick’s verhaal is een uitgesproken sterk voorbeeld van de onzin van strijd en geweld op basis van religie, etniciteit of nationaliteit. En ik verheug me er enorm op om samen met hem aan dit verhaal te gaan werken het komende jaar.

Maar eerst moet er nog een ander boek af: “Kairos, of: Alleenstaande moordenaar met kind zoekt vergeving.” De release van dat boek - het levensverhaal van Gerrit Stanneveld – staat gepland voor oktober 2012.




zondag 6 mei 2012

Loser!




‘Weet je nog, toen Twitter niet bestond? Moest ik goddomme elke dag 700 mensen bellen om te vertellen wat ik gegeten had.”

Maar Twitter heeft ons ook goede dingen gebracht. Toen Twitter niet bestond moest je het als tv-maker hebben van de recensies in de pers en van de mensen die in de kroeg of op verjaardagen best even wilden vertellen wat ze van het programma dat je maakt vonden. Maar nu kun je terwijl het wordt uitgezonden de reacties van de kijkers al meelezen. Dat is in het geval van Buch in de bajes een overwegend prettige gewaarwording, want twitterend Nederland is behoorlijk positief.
“Prachtig." “Bijzonder.” “Indrukwekkend.” “Heftig.” “Boeiend.” “Interessant.” “Briljant.” “Ik hou van dat programma.”  “Wat een mooi programma.”

Ook over Menno worden (terecht, wat mij betreft) fijne dingen gezegd. “Toch bijzonder. Menig journalist interviewt slechter dan Buch.” “Je kan zeggen wat je wil, maar interviewen kan Buch goed.”  “Ik vind die Buch een hele goed interviewer/reporter of wat die ook is.”

Niet iedereen is blij met Buch hoor. De mooiste vond ik: “Ik heb nu al een schijthekel van die kerel.” (cursivering is van mij).
Ik hou sowieso van mensen die heel hard domme dingen roepen en dan denken dat ze slim overkomen. “Die directrice is communicatief wel zó zwak. Hoe komt die in Godsnaam in zo'n functie terecht?” Nee, dan snap je precies hoe het zit.

LUILEKKERLAND
Veel tweets gaan over het gevangeniswezen, en meestal vindt men dat we te soft zijn en dat het allemaal wel een paar tandjes  strenger mag. “Gevangenis is een luilekkerland. Ze mogen eigen kleding aan, zelf rondlopen (sic!) etc.” “Ik ken verpleeghuizen waar bewoners het slechter hebben dan in de gevangenis.” “Zo wil ik ook wel wakker worden: kopje thee of liever koffie? Een of twee boterhammen?”

Op water en brood en 24 uur per dag achter de deur, dat is wat veel Twitteraars vinden. Toen een gedetineerde in een promo zei: “Ik wil naar m’n graf. Ogen dicht en niet meer wakker worden”, twitterde een man: “Nou tief op dan. Opgeruimd staat netjes.” Tja…
Over diezelfde gedetineerde, een Iraniër met een oorlogstrauma en een afgetraind lichaam met bovenarmen als boomstammen, zei een andere Twitteraar: “Stoere bink met zijn grijze hempje. Loser!” Ik heb even gekeken wie die Twitteraar was, en dan zie je een wat vadsige sukkel  met een bierbuik die trombone speelt in een dweilorkest. En die heeft het dan over “Loser”.  Als hij die Iraniër op straat tegenkomt, rent ie gillend om zijn moeder met zijn schuiftrompet tussen zijn benen naar huis.

AANDACHT
Soms Twittert iemand iets wat bij mij de gedachte oproept: kennelijk hebben we het niet duidelijk genoeg uitgelegd. Zoals deze:  “Jongejonge .. moet je dat nu zien. De hele mobiele eenheid uitgerukt voor 1 persoon.” Daar begreep ik ook niets van toen ik het de eerste keer met eigen ogen aanschouwde in het begin van onze researchperiode. Maar het heeft absoluut een reden. Ogenschijnlijk normale gedetineerden zijn soms volstrekt onberekenbaar en kunnen van het ene op het andere moment zeer agressief worden. Waarschijnlijk kan je hem met z’n tweeën dan ook wel aan, maar dan moet er wel geweld aan te pas komen, en dan wordt het dus klappen uitdelen. Mogelijk letsel, ziekenhuisopname, kost ook weer een hoop geld. Met zes man in ME-outfit duik je er simpelweg bovenop en is het klaar. Kansloos. Schoon, netjes en snel opgelost.

Ook de volgende commentaren kan ik begrijpen:  “Waarom wordt er zoveel aandacht aan dit soort gajes gegeven?”  “Die mensen zitten er niks voor niks! En wat doen wij? Wij geven ze aandacht!” Klopt, we geven ze aandacht. Maar als er sprake is van slachtoffers, dan worden die door Justitie van tevoren ingelicht dat de dader of de verdachte op tv komt. En er zijn gedetineerden die wel mee wilden werken maar die wij geen aandacht hebben gegeven, omdat wij vonden dat niemand daar bij gebaat was. De gedetineerden die je wel ziet in Buch in de bajes hebben een verhaal waar wij van denken: dat draagt bij aan de maatschappelijke discussie over zin en onzin van gevangenisstraf. Vanavond in aflevering 4 een nietsontziende, keiharde beroepscrimineel  en een bolletjesslikker die op Schiphol is gepakt met 750 gram coke in zijn lijf. Luister naar hun verhalen en oordeel zelf. Daarom ook is de tweet van  Henriëtte van Dillen een van mijn favorieten:

Mooi programma. Al die mensen met een verhaal…”